Blog

Het schaap in wolfskleren: verveelde slimmeriken die de boel op stelten zetten

Wie kent ze niet: de slimme boefjes in de klas. De -meestal- jongens die nergens bang voor lijken te zijn, die de leerkracht uitdagen en die vaak behoorlijk grappig zijn. Maar ook waarvan ouders en school opmerken dat ze veel meer in hun mars hebben als ze zich eens wat minder op klieren en wat meer op hun werk zouden richten.

Intelligentie kent vele gezichten
Gek genoeg wordt regelmatig over het hoofd gezien dat deze kinderen bijzonder intelligent kunnen zijn, ik durf zelfs te stellen dat ze dat vaak zijn. Dat het vervelende gedrag voortkomt uit verveling, een gebrek aan uitdaging gedurende de (school)dag. Het stereotype beeld van intelligent of hoogbegaafd kind is namelijk hardnekkig. De bijzonder gedreven, ietwat nerderige kinderen met goede resultaten. Maar zoals alle kinderen onderling enorm kunnen verschillen, verschillen intelligente kinderen onderling ook enorm. Dus ja, het bovengenoemde profiel komt voor. Maar ook het stille aangepaste meisje en de rotzooi schoppende jongen kunnen bijzonder begaafde kinderen zijn.

Clownesk gedrag
De standaard reacties op het onaangename gevoel van anders zijn dat (hoog)begaafde kinderen kunnen ervaren zijn een apathische houding aannemen, opgaan in de groep door aanpassing aan een acceptabel gemiddelde of clownesk gedrag. Dat laatste kan vervolgens grappig of bloedirritant zijn, of beide. Het hangt ook nog eens af van wie er tegenover het kind staat. Heeft de docent een zwak voor het kind, waardeert het diens grappen of niet? Daarnaast spelen de samenstelling van de klas en de cultuur van de school een grote rol.

Erkenning of niet?
Bepalend is daarin of het kind zichzelf mag zijn. Is er ruimte voor zijn eigenheid? Of moet hij gewoon luisteren en zijn mond houden, wordt zijn lollige gedrag continu afgekeurd, terwijl het eigenlijk een prachtig teken is dat het kind veel ideeën heeft en creatief kan associëren. Indien het kind gezien wordt is de volgende vraag of hier ook daadwerkelijk voldoende mee gedaan wordt. Simpelweg erkennen is niet genoeg. Dit betekent dat het kind uitdagende werkzaamheden krijgt die aansluiten bij zijn behoeften.

Aanpassen
Regelmatig wordt (te) lang geprobeerd het kind te veranderen en in de pas te laten lopen. Als dit gebeurt met oog voor de eigenheid  en kracht van het kind kan dit uitstekend zijn. Dan wordt het onderwijs gebruikt waarvoor het zou moeten zijn: de gezonde ontwikkeling van een kind tot een zelfstandige, zorgzame en krachtige volwassene. Jammer genoeg gebeurt vaak het tegenovergestelde: het kind wordt gezegd zich aan te passen en daarmee impliciet dat het na aanpassing pas een goed kind is. Soms lukt dit en heeft de omgeving aanzienlijk minder last van het kind, maar de prijs ervoor is dat het kind een stuk eigenheid moet opgeven, het leert dat dat deel van zichzelf fout is. Terwijl het juist de eigenschappen zijn die ze later ver kunnen brengen. Gewoonweg de ongepolijste talenten van het kind. Deze afkeuren is dus eigenlijk het afkeuren van diens sterke punten.

Zorgleerling
Soms zijn die ongepolijste talenten zo krachtig dat de pogingen tot aanpassingen geen verandering teweegbrengen. Daarbij is het kind intellectueel ondervoed en creëert zijn eigen uitdagingen. Het gedrag wordt steeds vervelender en het kind steeds groter en mondiger. En minder goed aanspreekbaar. Dat is het moment dat zorgtrajecten serieuzer worden. Trajecten die meestal gericht zijn op het problematische gedrag in plaats van dat het aanvankelijke probleem -complete verveling door gebrek aan uitdaging- wordt erkend. Met een beetje pech begint dan ook het rouleren van school naar school, vriendelijk verzocht dan wel als strafmaatregel.

Gevoelige boefjes
Binnen het huidige onderwijssysteem is deze gang van zaken begrijpelijk, maar daarmee niet juist en al helemaal niet wenselijk. Ondanks hun rebelse gedrag zijn het vaak juist heel gevoelige kinderen, dat is waarom ze zo fijngevoelig iedereen op de kast kunnen krijgen. Maar deze gevoeligheid zorgt er ook voor dat ze veel hebben last van de voortdurende afwijzing, al zullen ze dat niet snel laten merken. Stoer en recalcitrant doen is hun overlevingsstrategie geworden. Hun eigen manier om met hun faalangst in het leven om te gaan. Als maatschappij benutten we deze slimmeriken ook niet bepaald. In het beste geval worden het die geslaagde ondernemers zonder schooldiploma’s, in het slechtste geval ongelukkige drop-outs met weinig perspectief en een groot minderwaardigheidscomplex.

Wat werkt wel?
Hoe er wel mee om te gaan? Herken en erken het kind zo snel mogelijk als begaafd, vaak is het al in de kleuterklas te zien. De bekende slimme boefjes. Pas je programma op deze kinderen aan, geef ze eigen uitdagingen, bespreek het met ze, neem ze serieus. Het leuke aan dit soort kinderen is dat wanneer je dat doet, ze je enorm dankbaar zullen zijn en hun uiterste best doen ook naar jou te luisteren. Dat lukt niet altijd, maar juist dat is hun leerproces. Laat ze ondertussen lekker eigenwijs en vindingrijk blijven, dat is tenslotte hun kracht, maar dan met respect en in samenwerking met anderen.

Contact
Klinkt dit bekend, herken je je eigen kind hierin dan wel een of meerdere leerlingen op school en wil je hierover met mij van gedachten wisselen? Neem dan vooral contact met me op!

wolf-in-sheeps-clothing-2577813_1920